Boonk Van Leeuwen

Bezoekadres

Boonk Van Leeuwen Advocaten

Lichtenauerlaan 50
3062 ME Rotterdam

Postadres

Boonk Van Leeuwen Advocaten

Postbus 29215
3001 GE Rotterdam

Contactinformatie

Neem contact op

Telefoon: +31 10 - 2811 811
Fax: +31 10 - 2133 111

Inleiding

Transacties waarbij wordt geadviseerd bij het aan- of verkopen van registergoederen vallen in beginsel onder de reikwijdte van de WWFT. In lijn met art. 3:10 BW gaat het hier in beginsel over alle onroerende zaken, teboekgestelde schepen en vliegtuigen en appartementsrechten. Buitenlandse goederen zijn echter geen registergoederen in de zin van art. 3:10 BW. Omdat de WWFT het begrip niet nader definieert roept dit de vraag op of de WWFT van toepassing is indien een Nederlands jurist adviseert bij de aan- of verkoop van een buitenlands goed (zoals een plezierjacht) dat in het land alwaar het zich bevindt weliswaar in iets staat geregistreerd, maar in het bewuste land niet bekend staat als ‘registergoed’.

 

Begrip registergoed komt niet voor in richtlijn

Voor het antwoord op deze vraag is allereerst relevant dat het woord ‘registergoed’ niet voorkomt in de richtlijnen waarop de WWFT is gebaseerd. In plaats daarvan spreken de richtlijnen alleen over de aan- en verkoop van onroerend goed (en de Engelstalige richtlijnen over ‘real property’). Dit begrip kwam ook terug in de eerste WWFT uit 2008, waarin artikel 1, lid 1 onder a, sub 12° (oud) sprak over de aan- of verkoop van ‘onroerende zaken’.

De invoering van het begrip ‘registergoederen’ in de Nederlandse WWFT geschiedde in 2012 toen de wet werd aangepast naar aanleiding van diverse aanbevelingen gedaan door de ‘Financial Action Task Force’. In de MvT valt te lezen: “De aanpassing van [het begrip onroerende zaken] strekt tot uitbreiding van de reikwijdte van deze bepaling tot alle registergoederen, zodat voortaan ook ongebruikelijke transacties waarbij bijvoorbeeld geregistreerde vliegtuigen of geregistreerde schepen worden verkocht gemeld dienen te worden” (TK 2011/12, 33 238, nr 3). Op zichzelf is dit een logische wijziging. Plezierjachten zijn bij uitstek dure en luxe speeltjes die de rijken der aarde gebruiken om hun rijkdom te ventileren. Het risico is reëel dat bij de aanschaf van een jacht gebruik wordt gemaakt van zwart geld.

 

Sloppy wetgeving

Het probleem is echter dat plezierjachten overal ter wereld kunnen worden gemaakt en dat een dergelijk schip lang niet overal teboek hoeft te worden gesteld. Toch belet niets een Nederlands jurist om te assisteren bij de aan- of verkoop van een dergelijk schip, wat dan ook vaak gebeurt indien de koper of verkoper een Nederlandse partij is. Ik denk dat de wetgever zich dit niet heeft gerealiseerd. Hierin speelt ongetwijfeld mee dat de meeste handelingen die vallen onder de reikwijdte van de  WWFT zich binnen de landsgrenzen afpelen. Een Nederlandse adviseur zal in het algemeen niet snel adviseren over het vestigen van een Belgische hypotheek of de overdracht van Spaanse aandelen. Daarvoor worden doorgaans lokale adviseurs ingeschakeld. Juist bij schepen en vliegtuigen hoeft dit echter niet het geval te zijn. Met het inwisselen van het internationale begrip ‘onroerende goederen’ met ‘registergoederen’ is de wetgever dus mijns inziens een beetje sloppy geweest.

 

Hoe de WWFT te interpreteren inzake buitenlandse assets?

Strikt genomen valt het adviseren over de aan-en verkoop van teboekgestelde schepen en vliegtuigen voor zover ik overzie niet onder de reikwijdte van WWFT-richtlijnen. Buitenlandse schepen en vliegtuigen zijn voorts geen registergoederen in de zin van art. 3:10 BW. Toch zou ik menen dat de WWFT zo ruim mogelijk moet worden uitgelegd. Indien een schip in het buitenland staat ingeschreven of zal worden ingeschreven in een daartoe bestemd register dat vergelijkbaar is met ons kadastersysteem, dan meen ik dat een adviseur dat buitenlandse schip ook moet beschouwen als een registergoed in de zin van de WWFT.

Hierbij merk ik op dat het lastig kan zijn om vast te stellen of het buitenlandse register in kwestie vergelijkbaar is met het Nederlandse kadaster. Er bestaan wereldwijd immers verschillende registratiesystemen. Uiteindelijk gaat het erom dat de adviseur in kwestie kan beargumenteren waarom hij vindt dat zijn advisering wel of niet onder het bereik van de WWFT valt. Indien het buitenlandse registratiesysteem in kwestie lijkt op het Nederlandse, vind ik het verdedigbaar om de WWFT van toepassing te verklaren.

 

Stijn Haanschoten

Boonk Van Leeuwen Advocaten